De coronavirus-pandemie (epidemie op wereldschaal) houdt de gemoederen flink bezig en recent worden we via de media dagelijks op de hoogte gehouden van het stijgend aantal gevallen in Nederland. Nout Wellink gaf onlangs in het programma Buitenhof nog aan dat de potentiële impact op de economie niet onderschat mag worden. De regering heeft bepaald dat het Coronavirus en haar gevolgen gerekend mag worden tot een bijzondere omstandigheid waarvoor een werkgever werktijdverkorting kan aanvragen.

Als werkgever kan een epidemie van deze omvang uw bedrijf serieuze problemen bezorgen waardoor er tijdelijk geen of tijdelijk minder werk voor uw werknemers is. Uw loondoorbetalingsverplichting daarentegen blijft wel gewoon doorlopen. Omdat bedrijven hierdoor
flink in de financiële problemen kunnen komen, springt de overheid bij en kan in dit soort gevallen werktijdverkorting worden aangevraagd.

Als algemene regel geldt dat het verboden is voor een werkgever om eenzijdig de werktijd van zijn medewerkers naar beneden bij te stellen en wel op grond van art. 8 BBA, de zogenaamde werktijdverkorting. Deze mogelijkheid wordt alleen geboden voor werknemers of groepen
werknemers waarvan u het loon moet doorbetalen. Let wel dit geldt NIET voor uitzendkrachten en nulurencontracten tenzij voor deze laatste ook een recht op een vaste arbeidsomvang is ontstaan in de loop der maanden.

Hoe zit het allemaal precies in elkaar?

Er gelden twee voorwaarden voor de aanvraag van de vergunning en dat zijn:

  1. Uw bedrijf is getroffen door een omstandigheid die niet onder het normale werkgeversrisico valt. Het Coronavirus en de gevolgen voldoen hieraan.
  2. De werkgever kan van zijn ter beschikking staande arbeidscapaciteit (alle medewerkers waarvoor hij een loondoorbetalingsverplichting heeft) minimaal 20% niet benutten bijvoorbeeld ter voorkoming van verdere verspreiding van het virus of reeds opgelopen besmettingen.

Beperkte duur

De werktijdverkorting is van tijdelijke aard en geldt voor een periode van minimaal 2 weken en maximaal 24 weken. Die twee weken staan voor een algemene wachttijd. Indien na afloop van deze twee kalenderweken blijkt dat er nog steeds sprake is van vermindering van werk voor de werknemers, zal vanaf de kalenderweek waarin de vermindering zich voor het eerst voordeed de vergunning voor werktijdverkorting worden verleend. Die vergunning kan echter niet eerder ingaan dan de kalenderweek waarin de aanvraag is ingediend. Als na de eerste twee weken de situatie weer stabiel is, dan wordt geen vergunning toegekend.

Stappenplan

Op de site van het ministerie (zie ook www.rijksoverheid.nl zoektermen: aanvraag werktijdverkorting) kunt u een formulier invullen voor de aanvraag van een vergunning voor de werktijdverkorting. Let er wel op dat deze vergunning een beperkte duur heeft van maximaal zes weken en dat u op tijd een verlenging moet aanvragen als er geen verbeteringen zijn opgetreden. Een reeds verleende vergunning kan maximaal 3 keer worden verlengd (4 x 6 = maximaal 24 weken). Een gevolg hiervan is dat als de arbeidscapaciteit langer dan 24 weken voor meer dan 20% niet kan worden benut, de WW-uitkeringen worden gestopt en de werkgever weer volledig zelf verantwoordelijk is voor de loonbetalingen van zijn personeel over de uren waarvoor voorheen de werktijdverkorting was toegekend.

Bij de beoordeling van de vraag of de verminderde bedrijvigheid als gevolg van het coronavirus kan worden aangemerkt, wordt niet alleen gelet op de bedrijvigheid in de functies of bedrijfsonderdelen waarop het verzoek betrekking heeft, maar op het bedrijf als geheel.

Als u de vergunning hebt ontvangen van het minister SZW, dan meldt u dit bij het UWV met behulp van het formulier: Melding werktijdverkorting.

WW

Hierna kan de procedure voor de aanvraag van de WW starten voor uw medewerkers. Het UWV keert 70% van het loon uit over de verminderde arbeidsuren van het aantal medewerkers die het betreft. U heeft, als werkgever, dus de plicht om over de overige uren waarvoor geen vergunning tot werktijdverkorting is afgeleverd het loon 100% door te betalen. Met betrekking tot de uren waarover
wèl werktijdverkorting is toegekend kan het voorkomen dat u dit moet aanvullen, dus bovenop die 70% van het UWV, indien dit blijkt uit de cao, arbeidsovereenkomst, personeelsbeleid of mondelinge toezeggingen met zijn medewerkers. Afhankelijk van deze laatste mogelijkheden, kan het voorkomen dat uw medewerker niet veel loonverlies ondervindt.

Op de UWV-site vindt u het formulier voor het aanvragen van de ww. Het formulier heet “aanvragen WW-uitkering bij werktijdverkorting”. Het UWV keert het geld uit aan u en u verricht verder volgens de reguliere weg de maandelijkse of vierwekelijkse verloning.

Samenvattend:

Als u voldoet aan de gestelde voorwaarden (1/2) dan kunt u via de het ministerie van SZW of via rijksoverheid.nl een vergunning aanvragen voor werktijdverkorting. Zodra u toestemming heeft, meldt u dit eerst bij het UWV middels het formulier melden werktijdverkorting. Daarna vraagt u de WW-uitkeringen aan voor uw medewerkers via het formulier aanvragen WW-uitkering bij werktijdverkorting.

Indien u vragen over dit onderwerp heeft of overweegt een aanvraag in te dienen, aarzelt u dan niet om contact op te nemen.